Soortnaam: Eriobotrya japonica.
Nederlandse naam: Japanse mispel / Wolmispel.
Familie:
Afkomst / verspreiding: Japan en China.
Bijzonderheden: blad is langwerpig en aan de onderkant viltig behaard;
lichtgele bloemen zitten in trossen bij elkaar en ruiken lekker;
in koelere gebieden zal ze echter zelden bloeien.
Standplaats: op een zonnige plaats;
ze kan in gewone potgrond met wat scherp zand met goede drainage.
Bloeiseizoen: eind van de zomer, begin herfst.
Verzorging: pas water geven als de grond helemaal is opgedroogd.
Bemesting:
Vermeerdering: ze is via zaad te vermeerderen.
Overwintering: ze kan wel wat vorst verdragen, zeker als grotere plant die in de volle grond staat;
ze kan ook binnen op een lichte plek bij 10°C.
Problemen: ze kan slecht tegen regen en sproeien,
ook is ze gevoelig voor perevuur en schimmels.