Zaaitips
Inleiding
Vele zaden kiemen zonder enig probleem, zonder dat er speciale voorzorgsmaatregelen nodig zijn. Andere zaden hebben meer zorg nodig maar kiemen ook dan gemakkelijk. Een derde categorie wordt gevormd door zaden die met tegenzin kiemen. Van deze drie categorieën zaden volgt nu een beschrijving.
Zaaien
1. De probleemloze zaden
Dit zijn de zaden die na verloop van tijd vanzelf kiemen als ze in vochtige grond worden gelegd.
Als vuistregel geldt: de zaden moeten zo diep worden gelegd, dat de laag aarde boven het zaad net zo dik is als het zaad zelf. Heel fijn zaad wordt niet afgedekt maar gewoon op de grond gestrooid en licht aangedrukt zodat het goed in contact komt met de vochtige grond. Dit zijn vaak de zogenaamde lichtkiemers. Het zaad hiervan kiemt alleen als het in het licht ligt.
- De wat lastiger zaden
Dit zijn zaden die wel een voorbehandeling nodig hebben maar vervolgens probleemloos kiemen.
We onderkennen drie methoden van voorbehandeling, te weten: voorweken, vijlen en voorweken en vernaliseren/stratificeren.
Voorweken
Zaden die voorgeweekt moeten worden zijn te herkennen aan een erg harde zaadhuid. Deze zaden moeten 12-24 uur in lauw water gelegd worden. Het is handig om hiervoor een thermoskan te gebruiken, het water blijft dan langer op temperatuur. Als de zaden na 12-24 uur gezwollen zijn kunt u zaaien. Zijn de zaden nog niet gezwollen, dan deze behandeling herhalen. Voorbeelden: Erythrina, Eriobotrya, Lantana, Laurus, Passiflora etc. Oliehoudende zaden en zaden met een wasachtig omhulsel weken in een oplossing van zachte zeep of karnemelk. Harige zaden na het weken behandelen met een antischimmel middel (fungicide), omdat er heel vaak schimmelsporen tussen de haren zitten.
Vijlen en voorweken
Soms is alleen voorweken niet voldoende. Met schuurpapier, een vijltje, een nagelknipper of zelfs een slijpsteen wordt de harde zaadhuid dan beschadigd om water door te kunnen laten. Natuurlijk mag het embryo (kiem) niet beschadigd worden. Meestal zit het meest kwetsbare gedeelte van het embryo op de plaats waar op het zaad een soort litteken of oog te zien is. Indien dit niet te zien is dan mag er niet aan het meest puntige uiteinde geknipt worden.
Na deze behandeling is het alsnog nodig het zaad voor te weken in lauw tot heet water totdat het duidelijk gezwollen is.
Voorbeelden: Fabaceae (vlinderbloemigen), Mimosaceae (zoals Acacia), Caesalpinaceae (zoals Cassia), Ipomoea, Canna en Convulvulus.
Vernaliseren/stratificeren
Zaden van planten die uit koude streken komen moeten vaak gevernaliseerd worden. Dit houdt in dat ze een koudeperiode nodig hebben om de kiemrust te doorbreken. Dit kunnen we nabootsen door een bakje met de zaden in vochtige zaaigrond of tussen vochtig keukenpapier in de koelkast te zetten, gedurende 4 tot 6 weken. Voorbeelden zijn Lapageria, Primula’s, Gentianen, Eucalyptus alpina en Eucalypthus niphophila.
- De zeer moeilijke zaden
Dit zijn zaden die moeilijk kunstmatig uit hun kiemrust zijn te halen. De volgende methoden zijn bekend:
– seed primer (vloeipapiertjes gedrenkt in “rookstof”), ontwikkeld door Kirstenbosch in Zuid-Afrika. Toe te passen bij bijv. Protea-achtigen, Erica, Helichrysum, Verticordia, Telopea, Grevillea en Calytrix;
– langdurig spoelen van zaden (ontdoen van chemische stoffen), bijv. Billardiera;
– gebruik van schimmels om te kiemen, bijv. orchideeën en leden van de Rutaceae-familie (Boronia, Correa).Het zal duidelijk zijn dat deze categorie zaden echt iets is voor de specialist.
Wanneer en waar zaaien
In principe kan het hele jaar gezaaid worden als er maar voor voldoende warmte en licht wordt gezorgd. Gebruik van een zaaibakje met onderwarmte zal het ontkiemen versnellen. Daarna kunnen de jonge plantjes onder enkele Tl-buizen opgekweekt worden. Van belang is dat de jonge plantjes voldoende frisse lucht krijgen.
Zaaigrond
In het algemeen voldoet de zaai en stekgrondgrond die in de tuincentra in zakjes worden aangeboden prima. Deze bevat weinig voeding wat de jonge zaailingen stimuleert veel wortels te ontwikkelen.